Mooi ingelijst kippetje van Anton Heyboer.
Lijst is een zilverkleurige baklijst met een rode ondergrond.
De familie Heyboer lijkt daarna een verhuismarathon te maken langs steden in Nederland en tussendoor ook nog naar New York en Curacao. Zoon Anton krijgt een technische opleiding als werktuigbouwkundige. Daarnaast leert hij lassen en bankwerken. Hij wordt boormeester. In 1942 strijken de Heyboeren neer in Haarlem, waar Anton een jaar later wordt opgepakt door de Duitsers en wordt tewerkgesteld in Berlijn. Na zeven maanden komt hij doodziek terug. Zijn ervaringen in het werkkamp zijn van grote betekenis geweest voor de ontwikkeling van zijn kunstenaarschap. Hij schreef daarzelf over: ‘Het concentratiekamp was niet slechter dan het ouderlijk huis en de maatschappij is voor mij niet slechter dan beide, te oncreatief. Hij leert zichzelf etsen en maakt schaamteloos kitsch om het dagelijks brood te verdienen.
Na de oorlog verlaat hij het ouderlijk huis en trekt naar Drenthe, woont een paar maanden in Zuid-Frankrijk en laat zich in 1951 opsluiten in het psychiatrisch ziekenhuis in Santpoort. Hij verblijft daar een paar maanden. Zijn turbulente levensstijl uit zich in een aantal huwelijken. In 1961 vindt hij de rust die hij zoekt in Den Ilp. En vanaf dat moment wordt de bekendheid van Heyboer en zijn bruiden alleen maar groter. De ‘Heyboerderij’ wordt een bezienswaardigheid en er komt een winkeltje tegenover waar het werk van de kunstenaar te koop wordt aangeboden. Het is het begin van een serie uitbreidingen op het terrein. Dat gaat lang goed, maar er komen scheve gezichten van inwoners die hun illegale bouwsels van de gemeente wel moeten afbreken. Heyboer wordt begin jaren negentig een politiek item. De partij Gemeentebelangen ontpopt zich als een luis in de pels van de Heyboer-familie, omdat de wisselende politici steeds weer het idee krijgen dat Heyboer meer mag dan de ‘gewone’ inwoners van het dorp. Een beetje terecht, zo blijkt uit een uitspraak van burgemeester Kerkhoven in 1987: ‘Onderscheid moet mogelijk zijn’. Het huis verdwijnt langzaam achter houten afrasteringen. In de loop der jaren stijgt het aantal bruiden van de grafisch kunstenaar tot vijf: Petra, Lotti, Joke, Marike en Maria, in willekeurige trouwvolgorde.
De productie van de kunst neemt toe.
En ook in het buitenland is de naam van Heyboer gevestigd. Zijn werk is aangekocht door musea in Amerika, Peru, Duitsland, Zwitserland en Engeland. In Chicago heeft een museum een zaal naar hem vernoemd.
Op 9 april 2005 is Anton Heijboer op 81-jarige leeftijd overleden.