Patricia Achenbach-Veira - Bron nummer 3 in E-Flat Major, Op. 55 "Eroica": I. Allegro con brio

Werk naar aanleiding van het Beethovenjaar 2020. Nr 3 uit een serie van 9 werken. 
De maker over het werk:
"Mijn kennis van Beethoven was niet zo heel groot. Ik bleef steken bij de bekende stukken als
de 5de Symphonie Opus 67:1 en de 9de Symphonie Opus 125 waarvan met name Ode an die Freude. In voorbereiding op dit project ben ik in maart begonnen met willekeurig beluisteren van stukken van Beethoven zonder kennis van titels en andere details. Ik leerde de tegenstellingen kennen in Beethovens muziek. Harde tonen en zachte wisselen elkaar af, heb ik aan den lijve ondervonden. 
Het was en is mijn idee om te gaan tekenen op muziek en daarbij de focus te leggen op de muziekstukken van Beethoven die het dichtst bij mij staan en die tot mijn gevoel spreken. Eerst was de gedachte om 9 werken te maken die alle even groot zijn. Daar ben ik van afgeweken. Het zijn negen werken geworden met verschillende groottes, variërend van 30x40 cm (glasmaat 50x70 cm) tot formaat A5 (glasmaat 30x40 cm). De grootte van het werk staat symbool voor de liefde voor de muziek waarop het geïnspireerd is. Hoe groter, hoe geliefder. Uit elk van de negen symfonieën heb ik een stuk geselecteerd waarbij ik met potlood op muziek heb getekend, welke vormen er dan ook in mij op kwamen. Vervolgens heb ik, al luisterend naar elke Opus, daar overheen kleurschakeringen gemaakt met aquarelverf. Verder ben ik zeer geïnteresseerd in de figuur van Beethoven. Zijn gezichtsmasker is een grote inspiratiebron. "
Dit masker is gemaakt toen Beethoven 42 was, in 1812, door kunstenaar Franz Klein. Dit gebeurde in opdracht van twee pianobouwers die bevriend waren met Beethoven. Het masker is de meest getrouwe weergave van de levende Beethoven en meermaals gebruikt om bustes van de componist te maken.