Litho van Jan Grosfeld.
Jaar: 1998.
Oplage: 109/140.
Afmetingen blad: H29.5 x b21cm.
Afmetingen voorstelling: H26 x b11cm.
Het werk is rechts onderaan met potlood gesigneerd door de kunstenaar(monogram) en is gedrukt op goudgeel papier.
Bij aankoop kan het werk worden opgehaald Meppel of kan (verzekerd) worden verstuurd.
Hysterie en extase. Verlangen en onmacht. Belofte en overgave. Het zijn krachtige, veelzeggende en tot de verbeelding sprekende woorden die kunstenaar Jan Grosfeld gebruikt als hij over zijn werk spreekt. Hij zegt dat hij wordt gestuurd door beelden die hij in het alledaagse leven ziet. Beelden die zo sterk zijn dat hij niet anders kan dan ze verwerken tot tekeningen, schilderijen, sculpturen en installaties.
How each of us Believes luidt de titel van het indringende werk dat Jan Grosfeld (1956) presenteert in galerie Nouvelles Images. Niet wat we geloven, of waarin, maar hoe we geloven. Geloven met een hoofdletter. Die staat er niet voor niets. "Het geloven in de dingen is voor mij de directe beweegreden om te willen schilderen. Het is een zoektocht naar de reden waarom wij geloven in hetgeen wij geloven. Het gaat mij er niet om wat wij geloven. How each of us Believes zegt alles over de reden waarom ik schilder en waarom ik de toeschouwer daar zo graag deelgenoot van wil maken."
Jan Grosfeld is een kunstenaar die de ideologie van het economische beeldgebruik aanhangt. Zijn werk is zonder franje of opsmuk. Alles wat niet noodzakelijk is om het verhaal te vertellen, is weggelaten. In zijn pictografische abstracties, van bijvoorbeeld een weg, een mens of dier, benadrukt Grosfeld de kern van zijn artistieke stelling. Het is een essentie van verlangen en wanhoop, van illusie en een onbereikbare belofte. How each of us Believes bestaat uit verschillende series.
Er is een reeks schilderijen waar op een achtergrond van dreigend massief antraciet de contouren van menselijke gedaantes zijn afgebeeld in witte simpele, ruwe penseelstreken. Of het mannen of vrouwen zijn, is onduidelijk. Wat er uit spreekt, is helder en heeft onmiskenbaar met de tijdgeest te maken, zoals te zien is in het schilderij GSM. "De menselijke gedaantes in mijn werk zijn androgyn. De figuren zijn niet man, niet vrouw, niet kind en niet volwassen. Ik wil namelijk niet te specifiek zijn. Ik vind het belangrijker dat die figuur zich op een verlangende, melancholieke wijze verhoudt met de tijd dan dat hij zich laat duiden als een individu. GSM gaat over de wens om communicatieve onmacht te doorbreken. Ik toon een ambivalent beeld. De dubbelzinnigheid zit ook in de materie van het schilderij. Ik wil met een penseelstreek een vorm oproepen, maar die tegelijkertijd ook ontkennen. Ik wil zowel de platheid als de ruimtelijkheid van het werk benadrukken."